Landstede - Opleidingen

Pedagogisch Werk (23183) BOL 2018-2019

  1. Voorwoord Landschap

    Welkom bij het landschap Onderwijs & Opvoeding.

    In de opleidingsgids vind je informatie over jouw opleiding, examinering en allerlei locatie specifieke zaken. Het is belangrijk dat je deze opleidingsgids goed doorleest. Al deze informatie heb je nodig tijdens je opleiding. Ook voor je ouders/verzorgenden/naasten is deze interessant. Laat het lezen, dan weten ze waar jij voor gaat. We wensen je een leerzame, maar vooral ook een leuke tijd binnen het Landschap Onderwijs & Opvoeding. Wij staan met alle docenten, conciërges, administratieve medewerkers en directie klaar om jou hierbij te ondersteunen.

    Wij wensen je veel succes bij je opleiding!

  2. Het Landschap

    Het landschap kent vele opleidingen op meerdere locaties. In de opleidingsgids zal dit verder worden uitgelegd. Veel opleidingen hebben ook overeenkomsten, zoals met de welzijnsopleidingen en daarmee wordt dan ook samen geleerd en gewerkt! Denk hierbij aan de (brede) school, de kinderopvang en werken in de wijk, daar komen meerdere beroepen bij elkaar en vormen zo een multidisciplinair team. Daar kan jij onderdeel van uitmaken in de toekomst!

    In dit Landschap zal je dus ook kennis maken met studenten van andere opleidingen, doordat we zoveel mogelijk willen aansluiten bij het werkveld waar jij als werknemer of misschien wel werkgever gaat functioneren.

  3. Leren in het Landschap

    Vooral in het eerste jaar hebben de verschillende opleidingsprofielen veel overeenkomsten. Hierdoor is het voor jou ook mogelijk je breed te oriënteren en op deze manier een bij jou passende profielkeuze te kunnen maken. We wensen jou ve​el succes tijdens je opleiding!

  4. De opleiding

    Werken in de pedagogische sector of in het onderwijs betekent werken met mensen, kinderen of met leerlingen/studenten. Als pedagogisch werker ben je breed inzetbaar in een kindercentrum, in de kinderopvang (kinderdagverblijf, buitenschoolse opvang) of peuterspeelzaal, in een integraal kindcentrum en/of in het onderwijs (basisschool, brede school, speciaal onderwijs, voortgezet onderwijs, MBO). Je werkt in het algemeen met een groep kinderen, d.w.z. met ten minste twee kinderen. Je werkt met kinderen afkomstig uit alle lagen van de bevolking en je hebt daardoor te maken met veel verschillende culturen en leefstijlen. Als pedagogisch werker zorg je voor een veilige (leer)omgeving en zorg je ervoor dat de ontwikkeling van kinderen gestimuleerd wordt. Hierdoor kan ieder kind zich optimaal ontwikkelen.

    De opleiding Pedagogisch Werk duurt in principe 3 jaar. Wij bieden je een brede basis aan waarna jij je verder kunt specialiseren in een bepaald profiel:

    • Pedagogisch Medewerker Kinderopvang ( niv 3) of
    • Gespecialisseerd Pedagogisch Mederwerker ( niv 4) of
    • Onderwijsassistent ( niv 4)

    Over de profielen lees je straks meer.

    De opleiding is opgebouwd uit 3 fasen: fase starter, fase gevorderd en fase beroepsbekwaam.In het eerste jaar wordt vooral een basis gelegd. Je krijgt voornamelijk algemene vakken die passen bij jouw toekomstig beroep. In het tweede en derde jaar ga je meer verdiepen in het door jouw gekozen profiel. Je loopt meerdere dagen per week stage. Iedere fase is ongeveer verdeeld in 4 perioden van ongeveer 8 tot 10 weken. Leren vindt niet alleen plaats op de opleiding zelf, maar natuurlijk ook op je stage. Dit noemen we beroepspraktijkvorming (BPV). Daarnaast zijn er op verschillende locaties ook veel vormen van praktijkleren.

  5. Leren in het Landschap

    De meeste opleidingen van Landstede en Menso Alting horen bij een Landschap. Een Landschap is een veelzijdige en inspirerende leeromgeving. De namen van Landschappen beschrijven verschillende interessegebieden.Wanneer je voor pedagogigisch werk kiest op Landstede, dan val je onder het landschap Onderwijs&Opvoeding.

    De opleiding waar jij voor gekozen hebt valt onder Pedagogisch werk. Binnen Landstede valt dit onder het landschap Onderwijs en Opvoeding. Na afronding van je opleiding kun je dus gaan werken in verschillende onderwijsinstellingen of bijvoorbeeld  in een kindcentrum of bij een organisatie die werkt aan opvoedings- of ontwikkelingsondersteuning bij kinderen.

    Deze opleiding is daarnaast een hele goede voorbereiding op een HBO - opleiding.

  6. Opbouw van de opleiding

    Jouw opleiding is gebaseerd op een kwalificatiedossier (zie https://www.s-bb.nl/onderwijs/kwalificeren-en-examineren/kwalificatiedossiers).

    Het kwalificatiedossier is een document waarin beschreven staat wat de wettelijke vereisten zijn van jouw opleiding. Een kwalificatiedossier bestaat uit een basisdeel en een profieldeel. Deze twee delen bestaan weer uit kerntaken en werkprocessen

    Basisdeel:

    Iederere pedagogisch medewerker start met het basisdeel. Het basisdeel bestaat voor een belangrijk deel uit oriëntatie op jouw werkveld. Je gaat werken aan jouw opleidingsbeeld, beroepsbeeld en jouw zelfbeeld. Daarnaast doe jij veel algemene kennis en ( studie)vaardigheden op en werk je aan een beroepshouding. Deze kennis en vaardigheden kun je toepassen binnen de BPV ( beroeps praktijkvorming) oftewel stage. In het 1ste jaar begin je met je bpv en binnen de opleiding wisselen stage en school elkaar af.

    Profieldeel:

    Binnen Pedagogisch Werk zijn er 3 profielen waar je een keuze uit kunt maken, met het volgen van een profiel ga jij je steeds meer specialiseren in een bepaalde richting.

    De profielen zijn:

    1. Pedagogisch Medewerker Kinderopvang (niveau 3)
    2. Gespecialiseerd Pedagogisch Medewerker (niveau 4)
    3. Onderwijsassistent (niveau 4)

    Pedagogisch Medewerker Kinderopvang ( niv 3)

    Dit profiel bereidt jou voor op het werken in onder andere een kinderdagverblijf, peuterspeelzaal of buitenschoolse opvang. Jij gaat na welke activiteiten de kinderen nodig hebben en je helpt bij het uitvoeren daarvan. Je zorgt voor een gezellige huiselijke sfeer waarin kinderen zich prettig en veilig voelen. Je werkt binnen een (integraal) kindercentrum waar diensten als kinderopvang, buitenschoolse opvang en/of peuterspeelzaalwerk worden aangeboden. Jij leert om het kind op allerlei ontwikkelingsgebieden te stimuleren.

     Gespecialiseerd Pedagogisch Mederwerker ( niv 4)

    Met dit profiel richt jij je op kinderen of jongeren in een ( integraal) kindcentrum of organisatie. Deze kinderen of jongeren kunnen extra (opvoedings) ondersteuning nodig hebben. Dit zijn bijvoorbeeld kinderen of jongeren met een ontwikkelingsachterstand (zintuigelijke, lichamelijke of verstandelijke beperking ) of een problematische leef- of opvoedingssituatie. Je begeleidt ook kinderen of jongeren met een specifieke ondersteuningsvraag. Je denkt na over de juiste aanpak, stuurt collega's en vrijwilligers aan. Verder ben je aanspreekpunt voor bijvoorbeeld ouders.

    Jij biedt veelal in groepsverband een stimulerende omgeving voor de ontwikkeling van elk kind. Je creëert een veilige, vertrouwde omgeving waarbinnen je zorgt voor balans tussen rust en structuur aan de ene kant en uitdaging, activiteiten en (vrij) spel aan de andere kant. Je weet van aanpakken en toont een ondernemende houding. 

     Onderwijsassistent ( niv 4)

    Als onderwijsassistent werk je in het basisonderwijs, voortgezet onderwijs, middelbaar beroepsonderwijs, speciaal onderwijs of in de volwasseneneducatie. Je ondersteunt de leerkracht bij het lesgeven. Ook kan je werken in een integraal kindcentrum of kindercentrum waar opvang en onderwijs gecombineerd worden, bijvoorbeeld als 'combinatiefunctionaris'. 

    Je speelt een belangrijke rol in de ontwikkeling van leerlingen/studenten en vervult daarin een voorbeeldfunctie. In het basisonderwijs en in het speciaal onderwijs heb je vooral pedagogisch/didactische rol, maar je kunt ook met verzorgende taken te maken krijgen. Je bent initiatiefrijk, weet van aanpakken en je bent gericht op samenwerking. 

    In het onderstaande overzicht kun je zien wat de basis – en profiel kerntaken zijn:

    Basisdeel: Het basisdeel van jouw kwalificatiedossier heeft de volgende kerntaken en werkprocessen:

    B1-K1 Begeleiden van kinderen bij hun ontwikkeling

    B1-K1-W1 Inventariseert behoeften en wensen van het kind

    B1-K1-W2 Bereidt de uitvoering van activiteiten voor

    B1-K1-W3 Richt ruimten in ter voorbereiding op activiteiten

    B1-K1-W4 Stemt de werkzaamheden af met betrokkenen

    B1-K1-W5 Stimuleert de ontwikkeling door het aanbieden van activiteiten

    B1-K1-W6 Ondersteunt bij verzorgende taken

    B1-K1-W7 Zorgt voor een veilig pedagogisch klimaat

    B1-K1-W8 Evalueert de werkzaamheden

    B1-K2 Werken aan kwaliteit en deskundigheid

    B1-K2-W1 Werkt aan de eigen deskundigheid

    B1-K2-W2 Werkt aan het bewaken en bevorderen van kwaliteitszorg

    Profieldeel

    De profielen in jouw kwalificatiedossier hebben de volgende kerntaken en werkprocessen:

    P1 Pedagogisch medewerker kinderopvang

    P1-K1 Opvoeden en ontwikkelen van het kind/de kinderen in de kinderopvang

    P1-K1-W1 Voert gesprekken met de ouders/vervangende opvoeders en het kind

    P1-K1-W2 Stelt een activiteitenprogramma op

    P1-K1-W3 Maakt een plan van aanpak voor de begeleiding

    P1-K1-W4 Zorgt voor uitvoering van een dagprogramma

    P1-K1-W5 Biedt persoonlijke verzorging

    P1-K1-W6 Draagt zorg voor huishoudelijke werkzaamheden

    P2 Gespecialiseerd pedagogisch medewerker

    P2-K1 Opvoeden en ontwikkelen van het kind/de kinderen

    P2-K1-W1 Voert gesprekken met de ouders/vervangende opvoeders en het kind

    P2-K1-W2 Stelt een (gespecialiseerd) activiteitenprogramma op

    P2 Gespecialiseerd pedagogisch medewerker

    P2-K2 Organiseren van werkzaamheden

    P2-K1-W3 Ontwikkelt (mede) een begeleidingsplan

    P2-K1-W4 Biedt (gespecialiseerde) opvang

    P2-K1-W5 Biedt persoonlijke verzorging

    P2-K1-W6 Draagt zorg voor huishoudelijke werkzaamheden

    P2-K1-W7 Biedt (specifieke) ontwikkelingsgerichte activiteiten aan

    P2-K2-W1 Voert coördinerende taken uit

    P2-K2-W2 Bouwt en onderhoudt een netwerk

    P2-K2-W3 Voert beleidsondersteunende taken uit

    P2-K2-W4 Voert beheertaken uit

    P3 Onderwijsassistent

    P3-K1 Uitvoeren van lesactiviteiten in overleg met de leraar

    P3-K1-W1 Bereidt de uitvoering van lesactiviteiten voor

    P3-K1-W2 Voert lesactiviteiten uit

    P3-K1-W3 Biedt (specifieke) ontwikkelingsgerichte lesactiviteiten aan

    P3-K2 Uitvoeren van taken rondom de lessen

    P3-K2-W1 Voert voorwaardelijke werkzaamheden uit ten behoeve van het lesprogramma

    P3-K2-W2 Voert administratieve taken uit

    P3-K2-W3 Houdt toezicht en begeleidt buiten de lessen

    P3-K2-W4 Voert coördinerende taken binnen de school uit

    Keuzedelen

    Naast basis- en profieldeel volg je ook keuzedelen. Deze zijn verbredend of verdiepend en/of dragen bij aan een betere in- of doorstroom naar een vervolgopleiding. Het keuzedeel vormt een verplicht onderdeel van het onderwijs en de examinering.

    Iedere locatie maakt eigen keuzes bij het aanbieden van keuzedelen.

    Binnen Pedagogisch Werk kun je afhankelijk van je profiel kiezen uit minimaal twee mogelijke combinaties.

    Door een keuze te maken in een bepaald pakket keuzedelen kun jij je onderscheiden van je medestudenten. Voor een drie jarige opleiding moet je in totaal 720 uur aan keuzedelen volgen. Keuzedelen worden deels aangeboden in onderwijstijd of juist deels in stage of de opleiding heeft ervoor gekozen om een keuzedeel in zelfstudie weg te zetten.

  7. LWP ’s en TWIXX in de opleiding

    Binnen Pedagogisch Werk is de opleiding als volgt opgebouwd:

    LWP’s (Leerwerkprestatie)

    Een LWP is een grote overkoepelende, beroepsgerichte opdracht. Je werkt in een LWP zowel in groepjes als individueel. De meeste theorie die je nodig hebt voor de LWP volg je tijdens een TWIXX.  

    Binnen de opleiding werk je aan LWP's die passend zijn bij de verschillende kerntaken en werkprocessen van het beroep. De LWP’s hebben een doorgaande leerlijn.

    TWIXX

    Een TWIXX staat voor: Trainingen, Workshops, Instructiemomenten, etc. en LWP’s staan voor: Leerwerkprestaties/opdrachten.

    Tijdens het werken aan LWP ’s heb je kennis en vaardigheden nodig. Deze leer je in een TWIXX. Door het volgen van een TWIXX  bereid jij je voor op het goed kunnen uitvoeren van de lwp. Er zijn veel verschillende soorten twixx, bijvoorbeeld voorlezen, ontwikkelingspychologie, observeren, een training volgen, een film kijken, een creatieve sessie volgen, meedoen aan een brainstorm, een mindmap maken, een instructie krijgen, enzovoorts.

    Alle lwp's en TWIXX staan in het digitale systeem  e-TO ( electronisch Talentvol Ontwikkelen) Bij de start van je opleiding ontvang je hier meer informatie over. 

  8. Coaching

    Tijdens de opleiding heb je een coach (en soms een aparte bpv-docent). De coach is jouw aanspreekpunt rondom vragen over de opleiding en studievoortgang. Tijdens de coachlessen bespreek je bijvoorbeeld je leeruitkomsten en je beroepshouding. In de coachgroep ben je bezig met jouw keuze voor je opleiding. Je kijkt naar jezelf: wie je bent, wat je wilt en hoe ver je gevorderd bent met de competenties die je nodig hebt. Dat doe je als groep, alleen of samen met je coach. 
Samen met je coach maak je een plan waarin je zet wat je wilt leren en hoe je dat gaat doen.                   


    Soms loopt het in je studie niet helemaal naar wens. Je coach zal samen met jou kijken welke oplossing dan het beste is. Het SAB (Student Advies en Begeleiding) kan daarin een steun zijn.

  9. Praktijkleren - BPV

    BPV

    Leren doe je niet alleen op school. Je leert veel in de praktijk. Daarom neemt de beroepspraktijkvorming een belangrijk deel van de opleiding in beslag.

    Het doel van jouw bpv is dat jij de theorie leert koppelen aan en toepassen in de praktijk. Zodat je als een beroepsbeoefenaar jouw functie volwaardig te kunnen uitoefenen.

    Soms wordt een bpv-plek toegewezen en soms mag je deze zelf kiezen. Iedere locatie doet dit op eigen wijze. Om te kijken of een BPV plek erkend is (een goede leerplek is voor jou) kun je naar www.s-bb.nl gaan.

    De stageplekken voor de opleiding pedagogisch werk zijn bij instellingen als basisscholen (speciaal en regulier onderwijs); peuterspeelzalen, kinderdagverblijven en buitenschoolse opvang. In diverse regio’s is er de ontwikkeling van brede scholen en integrale kindercentra. Daar zijn alle vormen van opvang voor kinderen tussen de 0 en 12 jaar verenigd. Daarnaast kan het zo zijn dat je door een bepaald keuzedeel dat je gaat kiezen, hier ook een bpv plek bij hoort.

    Het aantal stagedagen verschilt per jaar

    In het eerste leerjaar  maak je kennis met de beroepspraktijk. Dit kan, afhankelijk van je opleiding/ locatie, 1 of 2 dagen per week zijn. De overige dagen volg je de lessen.

    Gedurende het schooljaar zijn er een aantal contactmomenten door je stage-docent met je bpv werkbegeleider. Gedurende het schooljaar krijg je een (of twee) keer een bezoek van je stage-docent. 

    Je krijgt op verschillende manieren informatie over stageplaatsen: via de stagecoördinator, via de coach en soms via oudere jaars studenten of een stagemarkt.

    Beoordeling van de beroepspraktijk

    De BPV moet met een voldoende beoordeling worden afgesloten. Zie voor de procedure van beoordelen de bpv-gids of bpv-handleiding. De stage is ook de plaats waar jij moet aantonen dat je beschikt over de kennis, houding en vaardigheden voor het gekozen beroep: je doet Praktijkexamens op je stageplek (zie Prove2Movemap waarin alle praktijkexamens beschreven zijn). Deze praktijkexamens vormen steeds een onderdeel van het totale examen. Als je uiteindelijk alle examens hebt gehaald (de praktijkexamens en de landelijke examens en LLB) kun je de opleiding afronden. 

    Internationalisering

    De opleiding Pedagogisch Werk wil ook mogelijk maken dat je stage kunt lopen in het buitenland (per locatie zijn de afspraken en mogelijkheden hierin verschillend). De student kan hiervoor contact opnemen met zijn coach en de bpv-coördinator. Voordat een student een buitenlandse stage kan volgen, moet hij eerst een andere stageperiode goed hebben afgerond. Als de student toestemming krijgt voor een buitenlandse stage, verwachten we dat de student hier zelf verantwoordelijkheid neemt in de organisatie van dit traject. Over de wijze van begeleiding en de te maken opdrachten worden afspraken vastgelegd.

    Als je voor deze uitdaging in aanmerking wilt komen moet je aan een aantal criteria voldoen, zoals:

    • je hebt een duidelijke motivatie voor een stage in het buitenland en een akkoord van het team

    • je kunt zelfstandig werken en hebt geen achterstand in de opleiding.

    Je moet ouder zijn dan 18 jaar

    je moet de vereiste examens afgerond hebben

    • je voldoet aan de beroepsvaardigheden

    Het team beslist of je in aanmerking komt voor een stage in het buitenland.

    Het is wel goed te realiseren dat een buitenlandstage altijd een behoorlijke financiële investering vraagt.  

  10. Specifieke voorzieningen en of vereisten

    Iedere student wordt geacht op de hoogte te zijn van de inhoud van:

    • Landstede en Menso Alting studiegids
    • Opleidingsgids
    • Examenreglement (onderdeel opleidingsgids)
    • Locatiegids
    • Examenplan
    • BPV gids

    Deze inhouden zijn in e-TO te vinden, ook zal er in je coachles veel aandacht worden besteed aan de inhouden. 

    Daarnaast wordt er van je verwacht dat je zorgt dat je altijd aanwezig bent op school. Je aanwezigheid wordt bijgehouden in Participatie. Er zijn natuurlijk altijd bijzonderheden waardoor je niet naar school kunt komen bijvoorbeeld bij ziekte of bij bijzondere feestlijke gebeurtenissen.Dat geef je dan tijdig door aan het STIP.

    Binnen de opleiding Pedagogisch Werk krijg je te maken met de volgende specifieke zaken:

    1. Schoolkosten :Voor de specificatie van alle kosten verwijzen wij naar het schoolkosten formulier.  
    2. VOG : Voor je stage heb je een VOG ( verklaring omtrent gedrag nodig)
  11. Examinering

    Examencommissie

    Elke opleiding heeft een examencommissie, die verantwoordelijk is voor de examinering binnen het landschap.  De volgende taken zijn o.a. van toepassing:

    • contacten met studenten over examinering
    • autoriseert verzoeken van studenten met betrekking tot examentijdverlenging, wijzigen van examenbeoordelingen, overmacht situaties en het oplossen van onvoorziene omstandigheden
    • handelt onregelmatigheden en klachten af
    • regels vaststellen m.b.t. de goede gang van zaken tijdens het proces van examinering
    • evalueert examenproducten en -processen
    • fiatteert een aanvraag tot diplomering                                                               
      De examencommissie van het landschappen O&O en G&W is samengesteld uit docenten van de locaties Harderwijk, Lelystad, Raalte en Zwolle.
      Contactgegevens DEC O&O: dec2@landstede.nl
      Verantwoordelijke resultaatgebied kwaliteit
      Binnen elke studierichting en op elke locatie is een verantwoordelijke voor het resultaatgebied Kwaliteit aangesteld waarbij de student via de e-mail of schriftelijk terecht kan voor:
    • het verloop van examinering
    • klachten over het examenproces
    • aanvragen extra toets gelegenheid i.v.m. afwezigheid door overmacht situatie
    • aanvragen van vrijstellingen
    • aanvragen toetstijdverlenging
    • aanvragen extra faciliteiten tijdens de examinering
    • aanvragen wijziging van toets- en examenbeoordelingen 
      Het examenbureau
      Het examenbureau zorgt voor de uitvoering van de examinering. Het examenbureau is verantwoordelijk voor de voorbereiding, de uitvoering en de verwerking van examens. Per locatie is er een examenbureau op locatie.
      Taken:
    • Stelt examenroosters op en verspreidt examenroosters onder belanghebbenden.
    • Regelt examenruimtes en regelt, instrueert en begeleidt surveillanten.
    • Vraagt examentijdverlenging en/ of toekenning van andere overige faciliteiten aan bij de examencommissie. 
    • Meldt onregelmatigheden en/of klachten tijdens examinering bij de examencommissie.
    • Geeft inzage in beoordeelde examens aan studenten.
    • Archiveert examens.
    • Inschrijven voor herkansingen
    • De student kan een herkansing aanvragen bij het examenbureau. Dit kan via mail en/of een herkansingsformulier.
      Contactgegevens examenbureau locatie:                                                                                       
      Harderwijk:       examenbureauharderwijk@landstede.nl
      Lelystad:           examenbureaulelystad@landstede.nl
      Menso Alting:   examenbureauMA@landstede.nl
      Raalte:             examenbureauraalte@landstede.nl       
      Zwolle:             examenbureauzwolleb@landstede.nl
      Recht op een herkansing en overmacht
      Wettelijk heb je recht op een herkansing voor ieder examenmoment. Landstede spreekt dan van een examen in tweede gelegenheid. De tweede gelegenheid wordt op een redelijke termijn opnieuw aangeboden.
      Indien je kunt aantonen dat er sprake was van overmacht waardoor je het examen niet kon maken, blijft het recht bestaan op de examengelegenheid. Je dient hiervoor een verzoek in bij de examencommissie via het examenbureau door middel van het formulier ‘aanvraag behoud examengelegenheid’.
      Let op! In geval van een herkansing wordt altijd een volledig examen afgenomen; met andere woorden: Praktijkexamens kunnen niet in delen worden herkanst.
      Wil je extra herkansingen aanvragen, dan zijn daar kosten aan verbonden. Zie Extraneus voor meer informatie. Examenplan
      Basis voor (onderwijs en) de examinering zijn het Kwalificatiedossier en Kwalificatie-eisen Loopbaan & Burgerschap in het mbo. Aan het einde van je opleiding toetsen we of jij de kerntaken/werkprocessen beheerst en dus recht hebt op een diploma. Dit gebeurt bijvoorbeeld door één of meerdere praktijkexamens. Daarnaast zijn er examens voor Landstede Loopbaan en Burgerschap (LLB), Nederlands, Engels en rekenen.
      In het examenplan van jouw opleiding vind je het overzicht van de examens, die je moet behalen om een diploma te krijgen. Een overzicht daarvan vind je in e-TO.
      Examinering beroepsbekwaamheid
      Praktijkexamens
      Prove2Move-map
      De praktijkexamens worden ingekocht bij Prove2Move. Je ontvangt een examenmap tijdens de opleiding. Je bent zelf verantwoordelijk voor het bewaren van dit document gedurende de hele opleiding. Indien je de examenmap kwijt bent, kun je bij het examenbureau een nieuwe examenmap aanvragen tegen betaling. Als je de studie voortijdig beëindigt, dient het examenmap weer te worden ingeleverd bij het examenbureau.
      Voorwaarden voordat je een praktijkexamen mag uitvoeren
      Er zijn voorwaarden gesteld aan deelname aan praktijkexamen ,voordat je een praktijkexamen gaat uitvoeren moet je een akkoord hebben van de coach/docent en zo nodig van je praktijkbegeleider. Door middel van bewijzen in je portfolio overtuig jij je coach/docent en je praktijkbegeleider ervan dat je het vereiste niveau hebt bereikt, zodat er kan worden afgesproken wanneer er een praktijkexamen beoordeeld gaat worden. De criteria worden verder uitgelegd en toegelicht tijdens coaching/mwb. In het examenreglement vind je de Procedure van de praktijkexamens.
      Beoordeling
      De meeste praktijkexamens worden in de praktijk beoordeeld. Je wordt begeleid door een praktijkbegeleider van het praktijkadres. Zodra jij, je coach/docent en je praktijkbegeleider ervan overtuigd zijn dat je het vereiste niveau hebt bereikt, kan worden afgesproken wanneer er beoordeeld gaat worden. Je wordt dan beoordeeld door een praktijkbeoordelaar.
      Het beoordelen van praktijkexamens gebeurt door een geschoolde en bekwame beoordelaar, die aan de hand van de beoordelingsinstructie de prestatie van jou beoordeelt. De beoordelaar heeft daarvoor een deskundigheidsverklaring getekend alvorens de praktijkexamens uitgevoerd mogen worden.
      Bij onvoldoende resultaat zal een gesprek met de coach/mwb docent volgen waarin je jouw leerdoelen opnieuw formuleert en je op een herkansing voorbereidt.
      Meer informatie
      In deze opleidingsgids, in de examenmap van Prove2move en in de BPV- gids kun je alles lezen over de wijze van examinering. Er staat bijvoorbeeld in beschreven hoe examens geregeld en afgenomen worden.
       
       
      Werkwijze

    Procesplaat examenopdracht           DEC O&O en G&W,   februari  2017 vastgesteld

    1. Aanvraag

    De student toont aan dat hij voor een of meerdere werkproces(sen) behorend bij de examenopdracht de fase van beroepsbekwaam heeft bereikt.  De student vraagt het examen aan.

    De student volgt hiervoor de door het opleidingsteam vastgestelde procedure.

    Het opleidingsteam draagt zorg voor een deskundige en onafhankelijke beoordelaar voor de examenopdracht.

    Het opleidingsteam draagt zorg voor een geschikte en passende examenlocatie voor de examenopdracht.

    Het akkoordformulier wordt ingevuld en ondertekend door het opleidingsteam.

    1. Uitvoering

    De student plant de examenopdracht in overleg met de beoordelaar. 
    Volg de ‘instructie student’ en ‘instructie beoordelaar’ uit de examenmap van Prove2move. De student tekent vòòr afname van de examenopdracht het beoordelingsformulier

    De student voert de examenopdracht uit volgens de beschrijving in de examenopdracht van Prove2move.

    Het beoordelingsformulier wordt volledig en correct ingevuld en ondertekend door de beoordelaar.

    De student levert de getekende originele beoordelingsformulieren en de onderliggende bewijsstukken conform de archiveringslijst binnen 10 werkdagen in bij het opleidingsteam.

    Het opleidingsteam controleert de uitvoering van de examenopdracht.

    De student en een vertegenwoordiger van het opleidingsteam ondertekenen het beoordelingsformulier en het bewijs van bekwaamheid. 

    De student maakt scan/kopie.

    1. Archivering

    Het opleidingsteam levert het examenwerk in bij het examenbureau:

    • Akkoordformulier
    • Beoordelingsformulier van de examenopdracht
    • Onderliggend bewijsmateriaal conform archiveringslijst
    • Bewijs van bekwaamheid

    Het opleidingsteam publiceert het resultaat van de examenopdracht in e-TO.

    1. Herkansing

    Het opleidingsteam draagt zorg voor een gedegen voorbereiding voor de herkansing van de examenopdracht

    De student vraagt nieuwe beoordelingsformulieren aan bij de taakhouder kwaliteitszorg. De nieuwe beoordelingsformulieren worden voorzien van een stempel met ‘herkansing’ erop.

    Procedure

    Examenprotocol studenten

    De examens worden afgenomen in verschillende leslokalen. Dat gebeurt altijd in aanwezigheid van één of meerdere surveillanten.

    Het examenprotocol is bindend. Dat wil zeggen dat wie zich daar niet aan houdt, zich moet melden bij het examenbureau. Vervolgens wordt contact opgenomen met de taakhouder Kwaliteitszorg (examinering), wat in het uiterste geval kan leiden tot nietigverklaring van of uitsluiting van het examen.

    Het protocol

    • Je betreedt de examenruimte zonder tas, jas, pet, mobiele telefoon of mp3. Als je geen kluisje hebt, dan leg je al je spullen voor in het lokaal. Alleen datgene wat je nodig hebt om het examen te kunnen maken, heb je bij je (op tafel): een pen, je Landstede- pasje en je legitimatiebewijs.
    • Je neemt plaats achter de tafel die jou is toegewezen.
    • Je legt je Landstedepas en legitimatiebewijs zichtbaar op de tafel. Een geldig legitimatiebewijs is:
    • je paspoort,
    • je identiteitskaart,
    • je rijbewijs.
    • Ben je niet in het bezit van een legitimatiebewijs en/of Landstede-pas, dan kun je niet deelnemen aan het examen.
    • Bij elke examenzitting legt de surveillant schriftelijk vast of je er bent.
    • Je neemt het examen in ontvangst van de surveillant en volgt eventuele instructies op met betrekking tot het gebruik van hulpmiddelen.
    • Je maakt het examen binnen de daarvoor beschikbare tijd zonder hardop te denken en/of te overleggen met anderen; het uitwisselen van hulpmiddelen is verboden.
    • Wanneer je klaar bent, lever je je werk en de examenopgaven in bij de surveillant, de surveillant geeft aan wanneer je mag vertrekken
      Algemene regels
    • Je respecteert ten allen tijde de dienstdoende surveillanten en volgt hun aanwijzingen zonder commentaar op.
    • Je gedraagt je zoals dat tijdens toetsen behoort en bezorgt niemand overlast.
    • Je levert een bijdrage aan een zorgvuldige procedure door stipt op tijd aanwezig te zijn en alles bij je te hebben wat je voor de toets nodig hebt.
    • Je hebt je voldoende voorbereid op de toets waardoor het niet nodig is dat je allerlei vragen stelt. Bedenk in dit verband dat surveillanten je inhoudelijk absoluut niet van dienst mogen zijn.
      Regels met betrekking tot begin en eind van het examen
    • Wie te laat is, heeft het recht om na aanvang van het examen nog te worden toegelaten, mits dit binnen de termijn is die de opleiding heeft vastgesteld.
    • Wie te laat is, krijgt daarover een aantekening in de presentielijst. Structurele telaatkomers kan de toegang worden geweigerd.
    • Wie te laat is, heeft geen recht op extra tijd.
    • Gedurende het eerste halfuur van een examen mag niemand het examenlokaal verlaten.
    • De in het examenrooster aangegeven begin- en eindtijd van een examen is bindend.
    • Verlenging van de examentijd is alleen toegestaan met toestemming van de DEC.
      Bezwaar maken
      Binnen 10 werkdagen nadat je op de hoogte bent gesteld van een maatregel of een beslissing, kun je een schriftelijk bezwaarschrift indienen bij de Decentrale Examen Commissie (DEC). Als je het niet eens bent met de beslissing van de DEC, dan kun je binnen 3 dagen na deze beslissing in beroep gaan bij de Commissie van Beroep van Landstede. Het examenbureau fungeert als postadres voor deze bezwaarschriften en beroepschriften.
      Procedure afnemen examens
      De procedures rond het afnemen van examens op school en in de praktijk zijn te lezen in het examenreglement.
      Extraneus
      Een kandidaat die de examinering ook in tweede gelegenheid niet heeft behaald kan zich, mits voldaan aan criteria van extraneus, na afloop van de opleiding inschrijven bij Landstede als extraneus. Dit betekent dat de student een Landstede account heeft. De student heeft geen recht op onderwijs, maar betaalt administratiekosten en een bedrag per af te leggen examen. Informatie daarover kun je verkrijgen bij de administratie.
      De kosten voor het maken een praktijkexamen is € 150,-.????
      De kosten voor het maken een schriftelijke toets is € 90,-.
      Let op! In geval van een herkansing wordt altijd een volledig examen afgenomen; met andere woorden:  Praktijkexamens kunnen niet in delen worden herkanst.
      Archivering examendossier
      Archiveren bewijsstukken
      Voor de examens in de beroepspraktijk geldt dat student het examenmateriaal meeneemt naar school en binnen 10 werkdagen inlevert bij de coach/MWB docent.
      Ook werkstukken en verslagen behoren tot de examenproducten die moeten worden ingeleverd. Alle documenten worden opgeslagen in het examendossier.
      De volgende bewijsstukken worden door de opleiding bewaard na het behalen van het diploma:
    • Examenopbrengsten: beoordelingen, akkoordformulieren en bewijs van bekwaamheid van alle praktijkexamens
    • Onderliggende bewijsstukken van praktijkexamens (met andere woorden alle gemaakte opdrachten die beoordeeld zijn voor het voldoen aan de praktijkexamens)
    • Beoordeling van het verzamelportfolio en het exameneindgesprek
      Voor een specifiek overzicht van de inhoud van je examendossier verwijzen wij je naar het studentenportaal van connect.
      Examenbescheiden, beoordelingen en processen-verbaal worden tot één jaar na diplomering ter inzage voor de onderwijsinspectie bewaard door het examenbureau.
      Examinering Nederlands, moderne vreemde talen en rekenen
      Instellingsexamens en landelijke examens
      Instellingsexamens worden geëxamineerd via TOA, bureau ICE en de centraal ontwikkelde examens via Facet. Tijdens de lessen krijg je uitleg over de manier waarop je geëxamineerd wordt. Voor de student die bij de intake of op grond van zijn vooropleiding al op een behoorlijk niveau zit, geldt een onderhoudsplicht. Examens mogen pas worden afgenomen als ten minste de helft van de voor de student geldende studieduur is verstreken.
      Eindniveau   
      Niveau 3                                                                                    

    Rekenen

    Nederlands

    Getallen

    2F

    Mondelinge taalvaardigheid: spreken/gesprekken voeren

    2F

    Verhoudingen

    2F

    Leesvaardigheid

    2F

    Meten en meetkunde

    2F

    Schrijfvaardigheid

    2F

    Verbanden

    2F

    Luistervaardigheid

    2F

    Taalverzorging en -beschouwing

    2F

    Niveau 4                                                                                          

    Rekenen

    Nederlands

    Engels

    Getallen

    3F

    Mondelinge taalvaardigheid: spreken/gesprekken voeren

    3F

    Mondelinge taalvaardigheid: spreken/gesprekken voeren

    A2

    Verhoudingen

    3F

    Leesvaardigheid

    3F

    Leesvaardigheid

    B1

    Meten en meetkunde

    3F

    Schrijfvaardigheid

    3F

    Schrijfvaardigheid

    A2

    Verbanden

    3F

    Luistervaardigheid

    3F

    Luistervaardigheid

    B1

    Taalverzorging en -beschouwing

    3F

    Examenreglement Centraal Ontwikkelde examens Nederlands, Rekenen en Engels

    De planning van Centraal Ontwikkelde examens

    De overheid bepaalt ieder jaar in welke weken de centraal ontwikkelde examens Nederlands, rekenen en Engels moeten worden afgenomen. Landstede bepaalt vervolgens op welke dagen en tijden het examen plaatsvindt. Ruim voor aanvang van het examen krijgt de student hiervan bericht en de docent.

    Herkansingen Nederlands, rekenen en Engels

    De student kan gebruik maken van een tweede examengelegenheid. De student heeft voor de gehele duur van de opleiding slechts één maal recht op een herkansing Nederlands, rekenen en Engels.

    Is de student afwezig bij een eerste examengelegenheid vanwege een geldige reden, dan kan de student een verzoek doen bij de Decentrale Examen Commissie (DEC) om het examen nogmaals te maken. De student houdt in dit geval het recht op een herkansing. Afwezigheid bij een examen zonder geldige reden betekent dat de student deze examengelegenheid gebruikt heeft. De student krijgt dan in elk geval de vermelding “absent” op het overzicht. Dit betekent dat de student in staat is geweest om aan het examen deel te nemen, maar hieraan niet heeft kunnen voldoen. De student kan zich vervolgens aanmelden voor de tweede gelegenheid.

    Mocht een student na twee gelegenheden geen voldoende hebben gehaald dan kan hij/zij nog eenmaal, nadat alle andere examens zijn afgerond een examen inkopen. Hieraan zijn van te voren vastgestelde kosten aan verbonden.

    Aangepaste examenmogelijkheden Nederlands, rekenen en Engels

    Het kan zijn dat de normale examenfaciliteiten niet voldoende zijn voor studenten met een beperking.  In dat geval kan de student extra faciliteiten - zoals extra tijd of extra hulpmiddelen – aanvragen via het SAB. De examencommissie zal deze aanvraag vervolgens beoordelen en toekennen.


    • De afname van examens Nederlands, rekenen en Engels
      De examens worden afgenomen in een ruimte waarin de studenten het examen zoveel als mogelijk ongestoord kunnen maken. Afspraken en roosters voor afname van examens worden gecommuniceerd.
      Fraude, plagiaat en onregelmatigheden examen Nederlands, rekenen en Engels
      Als er fraude, plagiaat of een onregelmatigheid wordt geconstateerd dan maakt de student het examen af. De surveillant maakt intussen een aantekening op het proces-verbaal van het examen. De surveillant maakt een ‘protocol van onregelmatigheid’ op en stuurt dit naar de Decentrale Examen Commissie (DEC).
      De DEC neemt maatregelen, bijvoorbeeld ongeldigheidverklaring van de uitslag van het betreffende examen of uitsluiting van (verdere) deelname aan examinering. Voordat een dergelijke maatregel wordt opgelegd, wordt de student gehoord. De student kan zich daarbij laten bijstaan door een meerderjarige. Als de student minderjarig is, neemt de student een wettelijke vertegenwoordiger mee. Alle betrokken partijen worden van de maatregel schriftelijk in kennis gesteld.
      Bij onregelmatigheid moet je denken aan:
    • spieken
    • niet opvolgen van instructies van surveillanten;
    • het gebruik van niet-toegestane hulpmiddelen;
    • telefoon opnemen of bekijken tijdens het examen;
    • het meenemen van het kladpapier uit de examenruimte
      Verder beoordeelt de examencommissie of gedragingen, handelingen en dergelijke als onregelmatigheid gelden.
      Afwezigheid bij examens Nederlands, rekenen en Engels
      Als de student niet aanwezig kan zijn bij een examen, meldt de student dit vooraf bij de taakhouder kwaliteitszorg en het examenbureau. De taakhouder kan dan beoordelen of er sprake is van overmacht en of er redenen zijn voor een aanvraag van een extra gelegenheid bij de DEC. Is de student ziek op de dag van examinering, dan zorgt de student voor een correcte ziekmelding met redenen. In principe mist de student hierdoor een gelegenheid, tenzij de DEC beslist dat er sprake is van een bijzondere omstandigheid.
      Beoordeling van examens Nederlands, rekenen en Engels
      De antwoorden op de examenvragen worden verstuurd naar het Facet. Op basis van de scores in het hele land wordt bepaald bij hoeveel goede antwoorden de student een voldoende krijgt. De cijfers worden door het Facet verstuurd naar de toetsleider van de onderwijseenheid. De cijfers worden z.s.m. bekendgemaakt in E-to.
      Recht op inzage Nederlands, rekenen en Engels
      Bij examens heeft de student recht op inzage in het examenwerk om te kijken of de correctie goed is gebeurd.